Een slechte adem? Versterk je spijsvertering!

Halitose is de mooie benaming voor een slechte adem. Een slechte adem komt in de meeste gevallen, zo’n 90%, vanuit de mondholte. Een slechte adem is ontzettend vervelend. Je kunt je er onzeker door voelen waardoor je direct contact met andere mensen misschien liever wilt vermijden. Door schaamte voor een slechte adem kan je in een sociaal isolement raken.

Slechte adem en spijsvertering

De oorzaak van een slechte adem is heel divers, maar deze is met name te vinden in de mondholte. Aan een onfrisse adem kunnen echter ook andere oorzaken ten grondslag liggen. En één van die oorzaken is een slechte spijsvertering.  Het doel van de spijsvertering is jouw te voorzien van de nodige brandstof en bouwstenen.Tijdens de spijsvertering wordt het voedsel afgebroken tot hele kleine deeltjes die vervolgens door de bloedbaan bij de cellen kunnen komen om daar gebruikt te worden.

Op het moment dat de spijsvertering niet goed verloopt ontstaan er tekorten aan voedingsstoffen. De maag en de alvleesklier spelen een essentiële rol voor een goede spijsvertering. Stress, te kort aan vitamines en mineralen, te veel calorieën, te weinig of te veel bewegen en te veel alcohol zijn allemaal factoren die onder andere effect hebben op de functie van de alvleesklier. Ze kunnen er voor zorgen dat de spijsvertering niet optimaal is. Slecht verteerde (voedings)stoffen worden via de ontlasting, urine en longen uitgescheiden. Zodoende kan een slechte adem het gevolg zijn van een slechte spijsvertering.

70% van de afvalstoffen verlaat je lichaam via de adem

De spijsvertering in beeld

Een goede spijsvertering start al in de mond. In de mondholte wordt het eten vermalen en zo geschikt gemaakt voor transport. De speekselklieren in de mond scheiden speeksel af met spijsverteringsenzymen om het voedsel al gedeeltelijk te verteren. Deze chemische bewerking geldt echter alleen voor koolhydraten. Eiwitten en vetten worden pas verderop in het spijsverteringskanaal  bewerkt. Zorgvuldig kauwen is van belang om de speekselproductie te stimuleren en er voor te zorgen dat het spijsverteringsenzym amylase zoveel mogelijk de kans krijgt om de koolhydraten te bewerken. Het mondslijmvlies kan al een klein deel van deze verteerde koolhydraten opnemen.

Maag

Via de slokdarm komt de voedselbrij in de maag terecht. De maag maakt het voedsel mechanisch en chemisch fijner. De spieren van de maag en het geproduceerde maagsap helpen hierbij. In de maag vindt voornamelijk eiwitvertering en geen koolhydraat- of vetvertering plaats. We verteren hier ongeveer twintig procent van de eiwitten.

Het voedsel wordt tijdelijk opgeslagen in de maag, want om de 15 seconden wordt er maar een klein beetje voedsel aan de dunne darm afgegeven. Een maaltijd blijft gemiddeld drie uur in de maag. Hoe lang het precies is heeft te maken met de samenstelling van de maaltijd. Koolhydraten verwerken we het snelst en vetten blijven langer in de maag dan eiwitten. Daarnaast geeft de maag een signaal af aan de hersenen dat de spijsvertering gestart kan worden en de eetlust geremd.

Darm

In de darm vindt de grootste opname van voedingsstoffen plaats. In de dunne darm wordt het voedsel chemisch verwerkt door spijsverteringsenzymen die afkomstig zijn van de alvleesklier. De alvleesklier wordt ook wel eens de buikspeekselklier genoemd, omdat het erg lijkt op de speekselklieren. De verschillende enzymen, die afkomstig zijn van de alvleesklier breken eiwitten, vetten en zetmeel af.

De alvleesklier produceert ook de hormonen insuline en glucagon. Insuline verlaagt de bloedsuikerspiegel na een maaltijd. Het is ons belangrijkste opbouwende hormoon. Het is nodig voor de opbouw van glycogeen (reserve energie) in de spieren. Het hormoon glucagon doet het tegenovergestelde. Dit hormoon kan glycogeen weer omzetten in glucose. De productie van spijsverteringshormonen kan verminderen op het moment dat de alvleesklier enorm belast wordt. Dit is onder andere het geval als er te veel eetmomenten op een dag zijn.

De lever heeft ook een belangrijke taak voor de voedselverwerking door de productie van gal. Gal is nodig voor het verteren van vet in de darmen. Daarnaast speelt gal een rol bij het uitscheiden van schadelijke stoffen. Meer over de functie van de lever in combinatie met een slechte adem lees je hier.

Herken een slechte spijsvertering

Om te weten of jouw spijsvertering goed functioneert is het goed om te weten wat mogelijke symptomen van een slechte spijsvertering zijn. Vooral je buikgevoel en ontlasting geven een aardig beeld.

  • Vermoeidheid
  • Gasvorming of opgeblazen gevoel
  • Vol gevoel na de maaltijd
  • Zuurbranden
  • Oprispingen
  • Brijïge of harde ontlasting
  • Misselijkheid
  • Voedsel allergieën
  • Slechte wondgenezing
  • Terugkerende ontstekingen
  • Chronische kwalen
  • Te vroege veroudering

Optimaliseer je spijsvertering voor een frisse mond

Wat moet je nu doen om er voor te zorgen dat jouw lichaam je voorziet van de nodige essentiële stoffen? Blijf gezonde maaltijden samen stellen en optimaliseer je spijsvertering!

  1. Kauw zorgvuldig (20 keer per hap)! Dit lijkt heel simpel maar dat is het voor velen niet. Heb je wel eens bijgehouden hoeveel keer je kauwt als je een hap met eten in je mond stopt? Goed kauwen zorgt er voor dat het spijsverteringsenzym amylase zo veel mogelijk de kans krijgt om in te werken op koolhydraten. Deze koolhydraten worden in de mond alvast omgezet in glucose. Je eten kauwen is ook nodig om ervoor te zorgen dat andere spijsverteringsenzymen verderop in de vertering hun werk goed kunnen uitvoeren
  2. Neem voldoende rust en verminder stress. Tijdens een situatie van stress wordt er adrenaline geproduceerd in plaats van de aanmaak van spijsverteringsenzymen. Het is dus niet handig om te eten als je stress ervaart
  3. Eet niet te veel rauwe groenten. Kort gekookte, gestoomde, gesmoorde of geblancheerde groenten zijn makkelijker te verteren en er is een betere beschikbaarheid van de voedingsstoffen
  4. Zorg voor voldoende micronutriënten in je voeding. Micronutriënten, zoals vitamines en mineralen vindt je in vooral (zee)groenten en fruit
  5. Neem eiwitten met een hoge biologische waarde en verdeel je eiwitinname over de dag. Eiwitten met een hoge biologische waarde vind je in vis, gevogelte, wild en eieren
  6. Geef je alvleesklier rust. Ben je er aan gewend om de hele dag door kleine beetjes te eten? Doe dit liever niet, want de alvleesklier moet iedere keer dat je wat eet enzymen afgeven en dit is een belasting voor dit orgaan. Het is tevens raadzaam om grote hoeveelheden suikerrijke voedingsmiddelen te vermijden. Ze belasten de alvleesklier en zorgen zo voor een zwakkere vertering
  7. Wees lief voor je lever. Deze grote fabriek vervult vele belangrijke taken, waaronder de productie van gal en opslag van vitaminen en mineralen. Bereid je eten op een gezonde manier. De lever houdt namelijk niet echt van gebakken en gefrituurde vetten.

Lees tip: Hoe je een frisse adem krijgt door je lever te versterken

Leestip: 5 tips om halitose aan te pakken

Geen reactie's

Geef een reactie